Sint-Martinus Balegem
VERANTWOORDELIJKEN
VIERINGEN
⦁ Eucharistieviering: elke donderdag om 19.00 uur
⦁ Morgengebed (Lauden): elke zondag om 8.30 uur
⦁ Doopsels: zie LINK
⦁ Eerste communie: zie LINK
⦁ Vormsel: zie LINK
⦁ Huwelijk: zie LINK
⦁ Uitvaart: zie LINK
OPENINGSUREN VAN KERK
- Dagelijks van 7 tot 19 uur
INTENTIES AANVRAGEN
GSM; 0496 37 90 46
KERKFABRIEK
- Sint-Martinus Balegem
- VOORZITTER: Jacqueline Haesebyt
TEL.:
MAIL
PAROCHIEZAAL
"Parochiecentrum"
Poststraat 48
9860 Balegem
Info en reservatie:
Frans Kenis
☎ : GSM; 0496 04 06 95
GESCHIEDENIS
De Sint-Martinuskerk in Balegem
Martinus werd omstreeks 316 geboren in wat tegenwoordig Hongarije is. Zijn ouders waren van Italiaanse afkomst, zijn vader was een Romeins officier. Zijn jeugd bracht hij door in Pavia (Italie)
Martinus kwam onder impuls van zijn vader in het leger terecht maar dat beviel hem niet
Toen hij 18 was, liet hij zich dopen en verliet het leger. Hij bezocht bisschop Hilarius van Poitier, die hem voorstelde zijn diaken te worden.
Hij weigerde dit voorstel en stichtte in 361 een monnikengemeenschap in Ligugé nabij Poitier. Daar werd niet alleen samen gebeden maar de monniken trokken ook rond om te gaan prediken, zieken te verzorgen en onderricht te geven.
Omstreeks 371-372 werd hij bisschop von Tours. Hij leefde helemaal niet rijkelijk, in tegenstelling tot zijn tijdsgenoten.
Hij maakte zich niet populair door zijn inspraak in kerkelijke en wereldlijke politiek. In 397 is hij overleden in Candes. De monniken van Ligugé wilden zijn stoffelijk overschot daar haar, maar tijdens de nacht brachten inwoners van Tours zijn lichaam per boot op de Loire naar Tours waar hij op 11 november begraven is.
De legende van de mantel van St.-Martinus.
Het was winter en heel koud. Martinus trok rond, hij leefde in armoede en bezat alleen zijn wapen. Aan de poort van de stad Amiens zag hij een naakte bedelaar die om hulp smeekte. Niemand wou hem helpen. Martinus trok zijn mantel uit, sneed de mantel met zijn zwaard in 2 stukken. Hij gaf een stuk aan de bedelaar, het andere hield hij voor zich. ’s Nachts in zijn slaap zag hij Christus die het stuk mantel droeg dat hij aan de bedelaar gegeven had. Hij hoorde Jezus met een heldere stem zeggen: Martinus heeft mij met dit kleed bekleed. In zoverre gij dit aan een van mijn geringste broeders hebt gedaan, hebt gij het Mij gedaan.
Ontstaan van de parochie
De parochie Badelinga is ontstaan in te Karolingische tijd (750-900), het was een kleine nederzetting op de samenvloeiing van de Dorpsbeek en de Molenbeek. Zendelingen vestigden zich hier en kozen Martinus als patroon voor hun bidplaats. De kleine gemeenschap werd een parochie met een eigen grondgebied en bestuur.
De eerste vroege vermelding van de parochie gaat terug tot 1229: in een charter is sprake van ‘Baldegem’.
Historiek van de kerk
Op de plaats van de huidige kerk stond een kerk. De informatie daarover is terug te vinden in de dekenale verslagen. Zo weten we dat de toren gemaakt was in Balegemse steen, dat in 1599 het dak werd gerestaureerd en dat de kerk in 1605 volledig gekalkt werd. In 1684 zou de schaliënbedekking onvoldoende zijn. En vanaf die periode werden vooral gebreken en de bijhorende herstellingen genoteerd.
In 1860 keurde de gemeenteraad de bouw van een nieuwe kerk goed. In de tuin van de pastorie werd een houten noodkerk gebouwd en in 1860 is de bouw van de nieuwe kerk al begonnen.
Een jaar later overleed de aannemer en werden de werken verdergezet door lokale ambachtslieden. De kerk werd in 1866 ingewijd.
Het kerkgebouw
De kerk in neo-classicistische stijl is gebouwd in rode baksteen. Het is een driebeukige kerk. De 3 beuken zijn van elkaar gescheiden door 12 zuilen . Dankzij de grote vensters met licht gekleurd glas/glas in lood komt er veel licht in de kerk.
Aan beide kanten van het koor is een sacristie en zijn er 2 bijkoren. Achteraan, links van het portaal is de doopkapel die afgesloten is met een smeedijzeren hek. Rechts van het portaal is de toegang tot de toren, die op een niet-gebruikelijke plaats staat. De toren staat in het westen, terwijl die normaal gezien in het oosten staat. Op de eerste verdieping is het doksaal met daarachter het lokaal van de “klokkenluider”.Op de tweede verdieping hangt het torenuurwerk en ook de Sint-Martinusklok bevindt zich daar.
Het pleisterwerk binnen in de kerk werd in 1955 vernieuwd en de muren werden behandeld met vochtwerende producten. De kerk werd toen ook herschilderd dankzij de geldinzamelingen in de kerk en de vrijwillige donaties van parochianen. Later werd de kerk nog eens herschilderd.
Door de inspraak van de parochianen werden de heiligenbeelden in de oorspronkelijke staat behouden.
Het koor
Aan de beide kanten van het eikenhouten altaar zijn 2 beschilderde panelen met heiligenafbeeldingen (H. Adrianus, H.Anna, H. Barbara, H. Rochus) . In de altaarvoet ziet men een fragment van het Lam Gods. Boven het altaar hangt een schilderij van de H. Martinus, de patroonheilige van de kerk. Links en rechts van het schilderij staan de beelden van H. Petrus en de H. Paulus.
Er is een koorgestoelte en een eikenhouten communiebank uit 1900.
Twee zijaltaren
In de linkerbeuk is het altaar van O.L.Vrouw , in de rechterbeuk het altaar van de H. Jozef.
Preekstoel
De preekstoel dateert uit 1884. Het basisstuk beeldt een herder uit met een schaap op de rug.( de Goede Herder) Er zijn 2 mooi uitgesneden trappen. De hemel van het spreekgestoelte draagt een monogram van de H. Geest. In het linkerpaneel wordt de H. Martinus voorgesteld.
Het orgel
Het orgel dat op 16 juni 1879 werd ingehuldigd, werd oor de familie Delmotte uit Doornik gebouwd. Het is nog altijd een heel goed orgel.
Het werd al verschillende keren hersteld , o.a. in 1909 en in 1973 en nu ook nog jaarlijks worden, indien nodig, noodzakelijke herstellingen uitgevoerd.
De biechtstoelen
In de kerk zijn er vier biechtstoelen: twee ervan dateren uit de 18de eeuw en zijn uit eikenhout gebouwd, ze stonden nog in de oude kerk. Het is vooral de kop van de biechtstoelen die versierd is, de ene met een schelpmedaillon, de andere met een Godsfiguur.
De twee andere biechtstoelen werden in 1884 ontworpen en in 1888 in de kerk geplaatst, kostprijs destijds was 200 fr.
In de linker zijbeuk is het houten gestoelte voor de leden van de kerkraad, in de rechter zijbeuk is het gestoelte voor de armen. Daarin zijn penninggleuven waarin de bijdragen gestopt konden worden.
De doopvont
Jean Boury, steenkapper uit Balegem heeft in 1934 de arduinen doopvont gemaakt. Ze wordt afgesloten met een koperen deksel.
De kruisweg
De beeldengroep van 12 statiën werd in 1865 ingezegend.
De gedenksteen
In 1919 werd achteraan in de kerk een gedenksteen geplaatst ter nagedachtenis van de slachtoffers van WO1
De klok
Door een gift van 3174,6 frank kon men in 1836 een klok laten gieten die nog in 1836 werd ingewijd. Twee jaar later werd de klokkenluider geïnstalleerd zodat de klok kon luiden.
Heiligenbeelden
In de kerk staan heel wat heiligenbeelden die getuigen van volksdevotie. Zij werden aangekocht omtrent de eeuwwisseling 19de - 20ste eeuw.
Het beeld van de H. Nikolaas van Tolentijn, een pestheilige werd in 1907 aangekocht.
Hij werd aanroepen wanneer de pest mensen en vee bedreigde. Het is opmerkelijk dat sedert de start van de corona-pandemie, een jaar geleden, er vaak kaarsen branden bij dit beeld.
De roepsteen
Buiten aan de kerk bevindt zich nog een stuk steen. Dat is de plaats vanwaar officiële berichten werden geroepen.
Bron: onthaal- en informatiebrochure, St-Martinusparochie Balegem, 16.11.1997, L. De Smet.